Bij contracting huurt u een ander bedrijf (de opdrachtnemer) in om werkzaamheden (de opdracht) voor u te doen. De opdrachtnemer (contractor) doet het werk met eigen werknemers en geeft deze leiding. De opdrachtnemer is verantwoordelijk voor het resultaat van de opdracht.
Werk uitbesteden via contracting kan voor allerlei soorten werk. Bijvoorbeeld voor de schoonmaak of de beveiliging van uw bedrijf. Ook in de IT komt contracting vaak voor.
U kunt contracting op 2 manieren inzetten. De opdrachtnemer maakt of bewerkt een product voor u, bijvoorbeeld het schilderen van een ruimte. Of de opdrachtnemer voert een dienst uit voor u, bijvoorbeeld een IT-project.
Een samenwerking heet contracting als het aan de volgende eisen voldoet:
Bij contracting gelden de arbeidsvoorwaarden van de opdrachtnemer.
In sommige gevallen kan het onduidelijk zijn welke partij aansprakelijk is. Denk bijvoorbeeld aan een bedrijfsongeluk op uw locatie waarbij een werknemer van de opdrachtnemer betrokken is. Voor dit soort gevallen kunt u in een overeenkomst van opdracht vastleggen welke partij wanneer en waarvoor verantwoordelijk is.
Contracting is niet hetzelfde als een werknemer ‘inlenen’ om werk voor u te doen. Voor het inlenen van werknemers krijgt u te maken met andere regels. Zoals de manier waarop werknemers worden aangestuurd. Maar ook als het gaat om arbeidsvoorwaarden, zoals loon.
Er zijn verschillende vormen van inlenen:
Bij payrolling is de werknemer in loondienst van het payrollbedrijf. U zoekt zelf de werknemer, bepaalt het salaris en geeft leiding aan de werknemer.
U schakelt een uitzendbureau in omdat u tijdelijk hulp nodig heeft. Het uitzendbureau beslist wie er bij u komt werken. U geeft leiding aan de werknemer.
Bij detachering werkt de werknemer tijdelijk voor uw bedrijf. De werknemer blijft in loondienst van het bedrijf dat hem uitleent. Het detacheringsbureau zoekt een werknemer voor u om de opdracht uit te voeren. U stuurt de werknemer zelf aan.