1. Afschermen bezoekadres Handelsregister (15 december 2022)

Het wordt mogelijk om je bezoekadres in het Handelsregister af te schermen als er sprake is van een (mogelijke) dreiging voor jezelf of een medebewoner. Vooruitlopend op de nieuwe wet- en regelgeving kun je het bezoekadres laten afschermen. Bekijk wanneer afscherming mogelijk is.

2. Zelfstandigenaftrek omlaag (1 januari 2023)

Werk je minimaal 1.225 uur per jaar in je onderneming? Dan kom je in aanmerking voor de zelfstandigenaftrek. De zelfstandigenaftrek gaat in 2023 met 1.280 euro naar beneden en bedraagt dan 5.030 euro. Dat is een grotere verlaging dan de eerder aangekondigde afbouw. Je gaat dus meer belasting betalen. De regering bouwt de zelfstandigenaftrek de komende jaren stapsgewijs verder af tot 900 euro in 2027.
Met onze Netto inkomen calculator zie je wat de wijzigingen in jouw situatie betekenen.
De ingangsdatum van deze wetswijziging is nog niet definitief.*

(Bron: KVK)

3. Kinderopvangtoeslag hangt niet meer af van gewerkte uren (1 januari 2023)

Maak je gebruik van kinderopvangtoeslag? Per 1 januari 2023 hangt de hoogte van de toeslag voor kinderopvang niet meer af van het aantal gewerkte uren. Tot nu toe is de hoogte van kinderopvangtoeslag mede afhankelijk van het aantal gewerkte uren van de ouder die het minst werkt. Deze koppeling aan de gewerkte uren is voor ondernemers met onregelmatige werktijden een ingewikkelde voorwaarde. Het kabinet wil het makkelijker maken voor ouders met jonge kinderen om te blijven werken.

4. Opbouw fiscale oudedagsreserve stopt (1 januari 2023)

Vanaf 2023 kun je de fiscale oudedagsreserve (FOR) niet meer verder opbouwen. Zo’n 300.000 ondernemers hebben op dit moment een FOR op de balans staan. Deze eerder opgebouwde FOR-reserves blijven staan en mogen volgens de oude regels worden afgewikkeld. Door het gebruik van de FOR hoefde je over een deel van je winst geen belasting te betalen. De FOR geeft je belastinguitstel. Met de gereserveerde bedragen kun je bijvoorbeeld een lijfrente aankopen die uitkeert als je met pensioen gaat. Belastingheffing vindt dan plaats over de uitgekeerde lijfrentetermijnen. Stop je met ondernemen en heb je nog een FOR op de balans staan? Dan moet je belasting betalen over het FOR-bedrag. Er zijn alternatieven voor pensioenopbouw. De ingangsdatum van deze wetswijziging is nog niet definitief.*

5. Opgave uitbetalingen aan derden verandert (1 januari 2023)

Betaal jij personen die geen ondernemer zijn weleens voor werkzaamheden of diensten? Bijvoorbeeld voor kleine klusjes. Je moet de gegevens over Uitbetaalde Bedragen aan Derden (UBD) op een nieuwe manier aanleveren bij de Belastingdienst.

6. Verhoging onbelaste reiskostenvergoeding (1 januari 2023)

De onbelaste kilometervergoeding gaat in 2023 omhoog naar 21 cent. Als ondernemer mag je dit bedrag van de winst aftrekken voor zakelijke ritten met je privé auto, motor of fiets. Per 2024 stijgt de onbelaste kilometervergoeding verder naar 22 cent.

Een auto van de zaak of privé? Wat is voor jou interessant? Lees er meer over en reken jouw voordeel uit.
De ingangsdatum van deze wetswijziging is nog niet definitief.*

(Bron: KVK)

7. Aanpassing in gebruikelijkloonregeling (1 januari 2023)

Heb je een eigen bv en werk je als directeur in deze bv? Dan ben je een directeur-grootaandeelhouder (dga). Voor het werk in je eigen bv moet je jezelf een salaris betalen. Dit is een verplichting vanuit de loonbelasting en heet de gebruikelijkloonregeling. Hoe bepaal je het gebruikelijk loon? Het is minimaal het hoogste bedrag van één van deze drie bedragen:

  • een vast bedrag van 48.000 euro,
  • het loon van de meestverdienende gewone werknemer in je bedrijf,
  • 75% (in 2022) van het loon van het meest vergelijkbare dienstverband.

Per 1 januari 2023 verandert het derde bedrag. Vanaf dat moment neem je 100% van het loon van het meest vergelijkbare dienstverband als uitgangspunt voor het gebruikelijk loon.
De ingangsdatum van deze wetswijziging is nog niet definitief.*

8. Vennootschapsbelasting omhoog (1 januari 2023)

Door twee veranderingen betaal je in 2023 meer vennootschapsbelasting.

Schijfgrens vennootschapsbelasting omlaag

Per 1 januari 2023 gaat de schijfgrens omlaag van 395.000 naar 200.000 euro. Al je winst tot 200.000 valt in schijf 1. Is je winst groter? Dan valt het gedeelte van de winst dat boven 200.000 euro uitkomt in schijf 2. Het belastingtarief in schijf 2 ligt hoger dan in schijf 1. Door de verlaging van de schijfgrens valt je winst sneller in schijf 2 en betaal je meer belasting.

Hoger tarief vennootschapsbelasting

Het tarief voor vennootschapsbelasting in de eerste schijf gaat omhoog van 15 naar 19%. Dit betekent dat je in schijf 1 meer belasting betaalt, namelijk 19% over 200.000 euro. Is je winst groter? Dan valt het gedeelte dat boven 200.000 euro uitkomt in schijf 2. Over dit gedeelte betaal je 25,8% belasting. Dit tarief is hetzelfde als in 2022.
De ingangsdatum van deze wetswijziging is nog niet definitief.*

(Bron: KVK)

Terug naar overzicht